
Bij ons in de familie komen zoveel Peters voor dat de meeste een bijnaam hebben. Mijn broer Peter werd bijvoorbeeld P genoemd.
Zijn vrouw Erica werd voor de lol E genoemd, dus P&E.
P en zijn gezin hebben een aantal jaren in de Kinkerstraat 176 gewoond Het gezin is daarna, twee zonen rijker naar de Churchilllaan verhuist.
Ze hadden hun nieuwe woning prachtig laten verbouwen.
Er kwamen allemaal mooie nieuwe meubels in hun nieuwe huis. Maar het voornaamste, ze hadden het er erg naar hun zin.
Peter was ome Nelis in de stad tegengekomen en ome Nelis had meteen gezegd:
“Ik kom beslist met tante Nel even naar je nieuwe woning kijken. Weet je wat we doen? We maken nu meteen een afspraak.”
De dag van de afspraak
“E weet jij nog hoe laat we hebben afgesproken met ome Nelis en tante Nel?” vraagt P op de afgesproken zaterdag.
“Volgens mij wilden ze om een uur of elf hier zijn.”
“Zijn de jongens al klaar?” vraagt P.
“Ja zo goed als,” roept E vanuit de keuken.
“Dan loop ik even met Paul naar de banketbakker.” zegt P
“Ja, doe jij dat even,” zegt E, dan trek ik nog even de stofzuiger over de grond.
“Pap halen we zo’n taartje als vorige keer?” vraagt Paul.
“Ja zo’n lekker notentaartje dat vinden wij ook lekker,” beaamt E.
“Zal ik ook meteen brood en beleg meenemen?.”
“Ja doe dat. Ze blijven beslist ook een boterhammetje eten ,” zegt E en neem een pak melk voor de jongens mee.” voegt Erica er aan toe.
“Paul pak jij even een tas., Zo’n stoffen tassie is genoeg.”
“Papa ik ben ook klaar hoor. Mag ik ook mee,” roept Petertje.
“Zijn je haren nu dan wel gekamd?” vraagt P.
“Nee” zegt de kleine eerlijk.”
“Nou pak de kam en kam je haar.
De jongste zoon Peter, die vanwege de vele Peters in de familie Bub wordt genoemd, kamt snel de voorkant van zijn haar. De achterkant staat nog in de slaapstand.
P ziet het maar zegt niets. Hij moet er in zich zelf om gniffelen.
Als P met zijn zoons met de nodige boodschappen thuiskomen, is E net klaar.
“P ik ga koffiezetten, snij jij dat taartje vast in zes stukjes.” Roept E vanuit de keuken.
“E waar staan de gebaksschoteltjes? “Bovenste kastje links en de vorkjes in de la eronder”.
Als P zes bordjes uit het kastje pakt, ziet hij op het kastje plots een muis rennen.
“O tante Nel krijgt een appelflauwte E, als ze ziet dat we last van muizen hebben” zegt P. Waarbij hij direct het tafereel van de vorige avond voor zich ziet.
Ze zaten rustig aan de koffie. Ze horen tussen het plafon getrippel en geknaag en dan valt er een muis door een gaatje in het plafond precies in de suikerpot.
“Nou ja, dan maken die luitjes ook is wat mee.” zegt E
“Er wordt gebeld. Daar zal je ze hebben,” zegt P.
Als ome Nelis boven aan de trap is slaat P hem op zijn schouder met de woorden: “Goede Morgen ome Nelis, kom binnen.”
“Ja jullie ook een heel goeie morgen,” zegt ome Nelis traag terwijl hij zijn jas uittrekt.
“Wacht tante Nel, dan hang ik uw jas wel even aan de kapstok. Hebben jullie een goeie reis gehad?” vraagt P.
“Ja, we mogen niet mopperen,” zegt Nelis.
Ze dronken koffie, er werd heen en weer wat gekletst en het notentaartje werd door Nel en Nelis meerdere malen met verrukkelijk bestempeld.
De grote schrik kwam toen het notengebakje op was.
Tante Nel haalde heel relaxt haar kunstgebit uit haar mond en begon zonder blikken of blozen het gebit schoon te likken. Bub keek verbaasd voelde aan zijn tanden en zei tegen zijn moeder: “Dat kan ik niet, jij wel?”
Tante Nel en ome Nelis zagen er altijd keurig uit en er kwam geen onvertogen woord uit maar hun eetgewoontes waren kinderlijk.
Het pondje paling voor bij de boterham was ook al geen succes want ome Nelis eet volgens mijn broer geen paling, hij gebruikt of liever gezegd hij misbruikt het.
Onder het eten, vertelde hij uitgebreid over de open benen van tante Nel.
Als mijn broer niet resoluut had opgetreden, was het verband er ook nog tijdens het eten af gegaan.
Niet dat het ze bespaard is gebleven maar hij heeft het kunnen uitstellen tot na de maaltijd.
